Nationaal Park Vanoise: de stille insidertip in de Franse Alpen

Het nationale park, gesticht in 1963, ligt in het departement Savoie, tussen de Tarentaise en de Maurienne. Met meer dan 100 drieduizenders, waaronder de 3.855 meter hoge Grande Casse, is het een echt hooggebergtegebied. Ongeveer 400 kilometer aan gemarkeerde wandelpaden doorkruisen het beschermde kerngebied. Het aangrenzende wandelpadennetwerk is zelfs zo'n 600 kilometer lang. Het gevarieerde landschap varieert van met ijs bedekte bergtoppen tot alpenweiden vol bloemen en rustige merenlandschappen.

De Vanoise staat niet alleen bekend om zijn geologische diversiteit, maar ook om zijn enorme biodiversiteit. Naast de majestueuze alpensteenbokken (zie hieronder) leven hier ook lammergieren, steenarenden en marmotten. In de zomer ontvouwt zich een bloemenzee, bestaande uit gentiaan, edelweiss en orchideeën – een paradijs voor natuurliefhebbers en fotografen.

Een van de meest intensieve manieren om het park te ervaren is de ongeveer 60 kilometer lange tocht vanaf de Refuge du Plan Sec (zie hieronder). De route voert u in vijf etappes over ruim 3.600 meter hoogteverschil en biedt een grote verscheidenheid aan uitzichten: ruige berghellingen, kristalheldere meren en uitgestrekte alpenweiden. De route is geschikt voor gemiddeld getrainde bergwandelaars. Langs de route vindt u ongeveer 40 bemande hutten waar u kunt uitrusten of overnachten. Wie dat wil, kan in de directe omgeving van de hut bivakkeren – een zeldzaam voorrecht in de Alpen.

Wilt u milieuvriendelijk reizen? Neem dan de trein naar Moûtiers, Bourg-Saint-Maurice of Modane. Vanaf daar rijden er streekbussen naar de zijdalen. Met de auto raden wij de route via Genève en Chambéry aan via de A43/A430.

Het seizoen loopt van eind juni tot begin september. Gedurende deze tijd zijn de hutten open en zijn de meeste paden sneeuwvrij. Als u in augustus reist, is het verstandig om ruim op tijd te boeken. In die maand zijn veel Fransen namelijk actief in de bergen.